Rond Nam Ngum

20-01-2013

Vang Vieng hebben we weer gehad. Het was er niet zo 'wild' als ons was voorgespiegeld, er wordt hard gewerkt om het dorp een beter image te geven. Rondom zijn een aantal Eco-lodges waar vrijwilligers uit diverse landen werken aan een betere wereld, te beginnen bij jezelf. Laos is niet erg milieubewust, afval wordt overal neer gekieperd of langs de weg verbrand, brommers en bussen stoten zwarte rookwolken uit, hele bossen worden kaal gekapt en grote electriciteits projecten zetten hele gebieden onder water. De stuwmeren hebben veel dorpen verdrongen, duizenden mensen moesten een nieuw bestaan elders opbouwen. Maar er is hoop, langzaamaan komt het bewustzijn dat groen ook geld op kan leveren en dat er andere efficientere methoden zijn om je potje te koken. 

Kleurrijke markt onderweg

Na Vang Vieng was het eerst een stukje saai fietsen. Dat werd gelukkig snel beter. In het glooiende terrein zit hier en daar nog een rottig klimmetje waar je dan net geen zin in hebt. Ik klim liever een flink stuk achter elkaar door om daarna van een lange afdaling te genieten. Het voortdurend 30 of 40 meter omhoog en dan hetzelfde weer omlaag is vermoeiender. We konden overnachten in een klein dorpje waar we terecht kwamen in een vriendelijk guesthouse. Dat is een prettige bijkomstigheid, er zijn hier best veel guesthouses langs de route en altijd zeer betaalbaar en van goede kwaliteit, schoon en met warme douche. Onze fietsen zouden ook eens een douche moeten hebben, ze zijn rood van het stof maar poetsen heeft weinig zin want na een dag zouden ze er weer net zo uitzien.

We besloten langs Thalat te fietsen. Dit is een dorpje aan het stuwmeer en de weg leidt af van de N13, de hoofdweg vanuit Vientiane naar het noorden. Overigens bijzonder dat op de hoofdverkeersader van een land zo ontzettend weinig verkeer rijdt. Af en toe een bus, een vrachtwagentje en een enkele pick up. Soms nog een brommertje, dat is het wel. En dat terwijjl we al aardig de hoofdstad naderen.

Buiten Thalat was nog een weggetje naar het stuwmeer. Daaraan zouden twee guesthouses moeten liggen en dat klopte alleen ze waren belachelijk duur. Duur in verhouding dan want als je er bij stilstaat kostte het eigenlijk nog niks, alleen wel drie keer zoveel als wat we gewend waren. Maar toen waren we al op de weg terug en vonden een leuk plekje in het dorp zelf. Even een lekkere warme douche en dan gaan we zo eens in het dorp kijken of er iets te eten valt, de lunch is er bij ingeschoten.

Het eten is hier veel minder bijzonder dan in bijvoorbeeld Thailand. Veel plakrijst en kip in diverse hoedanigheden. Soms erg pittig, zo erg dat de tranen over je wangen rollen. Gelukkig weten ze tegenwoordig wel dat toeristen het liever iets kalmer aandoen met de pepertjes. We zijn al blij wanneer we 's morgens een broodje omelet kunnen krijgen in plaats van de eeuwige 'feu', de Laotiaanse noedelsoep die ze hier blijkbaar heel erg lekker vinden. Gelukkig veel fruit langs de weg. Het is blijkbaar mandarijnen tijd want die liggen overal in kraampjes langs de weg te koop. Soms wel twintig kraampjes achter elkaar, alleen maar mandarijnen.

Langs een prachtige glooiende route, voor een groot deel over een gravel weg langs de rivier en met een veerbootje over de rivier, kwamen we aan in de buitenwijken van Vientiane. De overgang is groot van het landelijke naar de grote stad met alle drukte vandien. Maar na enkele kilometers zagen we de brede Mekong voor ons en vonden een hotelletje. Vandaag is het zondag en genieten we van een echte rustdag. Na het ontbijt zijn we naar de Scandinavian Bakery gegaan waar ze heerlijk gebak hebben, cappucino, broodjes en salades. We vonden dat we dat wel verdiend hadden.


« Terug