Conditie

31-01-2017

Het goede leven heeft mijn conditie wel iets aangetast maar langzamerhand merk ik dat de jetlag verdwijnt en dat de hoogte een beetje went. De temperatuur is uitermate prettig op deze hoogte, dat zal straks in de diepte wel anders worden. Daar heersen temperaturen tot 40 graden, Colombia ligt niet voor niets bijna op de evenaar.

Na Zippaquira fietste ik een stuk langs de snelweg, althans wat daar voor door moet gaan. Het is meer een provinciale weg met het verkeer van een snelweg. Vooral veel grote vrachtauto's. Het verkeer is over het algemeen erg fatsoenlijk, dat valt echt reuze mee. Of ik ben wel wat gewend. Zo nu en dan wanneer een truck langzaam de heuvel op komt hangt er een enorme sliert auto's achter en dan stuur ik mezelf even de berm in om ze te laten passeren. Daarna is het weer even rustig tot de volgende sliert maar prettig is anders. Opschieten doet het niet echt en in Ubate zoek ik een hotelletje zodat ik morgen de tijd heb om een binnenweg door de bergen te zoeken.

Volgens mijn kaart moest er een weg zijn en die was er ook. Hij was zelfs geasfalteerd maar buiten de stad was dat gauw weer over. Ik fietste tussen de landerijen en de koeien. Hun meewarige blikken volgden me terwijl ik over het stenige pad omhoog klauterde.  Weinig ander verkeer, af en toe een tractor of een boer in zijn pick-up. Al maar omhoog, hoger, hoogst maar bij hoogst weet je dat je daarna weer naar beneden gaat. Voorzichtig probeer ik de vaart binnen de perken te houden.  Maar een dikke steen vergalt de pret. Mijn achterband is in een keer plat. Wiel er uit, nieuwe band erom en verder. Even later begeeft ook de voorband het. De tweede en laatste reserveband gaat er om. Hierna wordt het plakken. De weg gaat steeds steiler naar beneden en wanneer ik een tel mijn hand van de rem haal om een vriendelijke oude man te groeten schiet de fiets door en knijp ik te hard in de remmen. De rechter helft van mijn vlinderstuur klapt dubbel  en de beugel van de stuurtas breekt. De fiets eindigt op de grond en ik sta ernaast, versteld van mijn lenige reactie met bijna 58 jaar in de benen.

Intussen was de voorband ook weer langzaam leeg gelopen en dat gebeurde daarna nog twee keer dus ik moest flink aan het werk. Uiteindelijk deed ik de hele dag over ruim 40 km en kwam ik in het donker en moe in Villa de Leyva aan.

Villa de Leyva is een heel historisch stadje uit het begin van de koloniale tijd. Je waant je er echt in de tijd terug, alleen jammer dat er auto's mogen komen. Ook wel wat toeristisch natuurlijk maar dat mag de pret niet drukken. Ik logeerde in de binnentuin van een heel oud Spaans huis. Een tuin vol fruitbomen waaronder mandarijnen, limoenen, frambozen, guaves en namen die ik niet heb onthouden. Met regelmaat werd ik verwend met een kopje heerlijke echte Columbiaanse koffie dus ik besloot er maar een fietsreparatiedagje aan vast te knopen. Nu loopt hij weer gesmeerd en ben ik onderweg naar Tunja.

De weg gaat flink omhoog. Van ruim 2000 meter gekomen moet ik naar 2800 en omdat er ook nogen wat dalen tussen  zit betekent het 1200 meter stijging. Zwaar werk maar gelukkig geen lekker banden meer, weinig verkeer en het mooiste weer van de wereld. De Andes laat zich van zijn beste kant zien.

   


« Terug